l + omgekeerde C

Romeins cijfer voor M = 500

laagland

land tot 200 meter boven de zeespiegel

laagveen

veen ontstaan uit waterplanten of veen beneden de zeespiegel

laagvlakte

groot gebied met weinig relief- niet hoger dan 200 meter boven de zeespiegel

laak

leek

sloot resp. poel/plas resp. grenswater resp. grens

laar

lare-laer

stuk bos resp. open plek. Thans intensief benut bos. Ook gebruikt voor broekland= drassige grond

laca

sloot

lageweg

benedenweg

lager gelegen weg t.b.v. de droge seizoenen. Er is dan ook een hoge gelegen weg voor de natte seizoenen

lagune

ondiep water door smalle strook land gescheiden van de zee

laista

germaans voor voetpad

lake

laku

natuurlijke afwatering- turfkanaal - poel of plas

landgoed

functioneel complex van gebouwen en gronden, met o.a. een buitenplaats- akkers- weiden en bossen

landgraaf

lantgrave

diegene, die namens de vorst een bepaald gebied bestuurt

landsheer

meier

diegene, die een gerecht= voorloper van gemeente, bestuurde . Verantwoording aan het kapittel

landtong

lange in zee stekende strook land

landweer

heervaart

verdedigingswal én het recht van landheer ingelanden op te roepen voor verdediging grondgebied tegen vijanden c.q. water

lansing

landeinde

lanthof

lantshof

boerenwoning- landhuis of hofstede

lap

stuk grond

lappen

opknappen

lares (latijn)

beschermheilige in kapelletje langs de weg

lauwer

louwer

leerlooier

lauhaz

loo –le

Germaans voor open plek in bos

lave

verkwikking- troost

lavei

teken,. dat werd opgehesen als signaal "einde schafttijd'. Veelal een korf of takkenbos

lede

lida

gegraven sloot resp. waterloop -afvoerkanaal

lee

loo- lo - le

bos op hooggelegen zandgrond

leek

laak

poel of waterloop als grens. Ook afwatering uit moerasgebied.

leen

grond, die door de leenheer ter beschikking werd gesteld met als tegenprestatie trouw- dienstplicht en deel opbrengst

leeuw(te)

kling- lee- lew

heuvel eig.grafheuvel. Komt van germaanse woord hlaiwa

leg

legge

plaats waar op valken werd gejaagd

legakker

lang recht stuk grond tussen 2 watergangen ontstaan door diepe turfwinning. Op akker droogde de turf. Vooral bij Vinkeveen te vinden

legia

Keltisch voor waterloop

lei

lede- liede- laai

waterloop

leidam

dam, die waterstroom leidt

lende

linde

belendend land

lengtedal

dal, dat evenwijdig aan bergketen loopt

leut

perceel land- aandeel in

lido

strandwal- zandstrand

liede

lede- lei

waterloop

lies

lis

verwijzend naar waterplanten

lijn

touw

liman

baai bij monding rivier

linde

lende

aanliggende landen. Kan ook verwijzen naar lindebomen

lintdorp

streekdorp

langgerekte bebouwing langs straat- dijk of rivier aan ‚‚n of beide zijden

lithosfeer

deel aardoppervlak , dat niet door water is ingenomen

lo

lee- loo -le

laaggelegen gebied resp. bos op hooggelegen zandgrond

lobbe

onvaste- trillende grond

loc

tra - loch

gat- opening - open plaats in bos

locht

loc

gat- opening  in de grond resp. gat waar water doorloopt. Ook tuin of grondstuk ?

locus religiosus

geestelijke instelling buiten bereik van de wereldlijke macht

loes

loos

leeg- gevaarlijk. . Kan ook verwijzen naar lozen= waterlossing

loet

lage plek

loke

blok

ingesloten stuk land - haag- heining - afsluiting- sluisdeuren

lona

laagte bij een waterloop

loo

lee- lo

bos op hooggelegen zandgrond- bosrijke vlakte- begroeide plek

loog

verzamelplaats

loos

waterlozing

loss

grondsoort van fijnkorrelig leem

luif

soort turf uit de bovenste veenlaag

lunet

breed en ondiep verdedigingswerk bestaande uit centraal deel met 2 flanken

lure

welving

lutte

luttel- lutke- lutje

klein – weinig