» Home


  » Klassieke muziek


  » Muntsoorten wereld


  » Naamsverklaring


  » Postzegelherkenning


  » Puzzelwoorden


  » Toponiemen wereld


  » Utrecht Historie


  » Utrecht Provincie


  » Utrecht Stad


  » Utrecht Waterlopen


  » Bronvermelding


  » Contact


  » Linkpartners


  » Over historieutrecht.nl


Tabel : Toponymisch Woordenboekje : letter  K                      

                                                                              

homepage naamsverklaring

 

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

 

WOORD(DEEL) SYNONIEMEN BETEKENIS
     

kaag

koog- keeg- schut

a. buitendijks land  b. laag dijkje om een gors (buitendijks stukje land)

kaak

schandpaal- kagge

openbare plaats om misdadigers aan een paal gebonden te kijk te zetten

kaakberg   hooiberg waarin een bergplaats van schotten

kaap

 

stuk land, dat in zee uitsteekt. Kan daardoor een baken voor de zeevaart zijn. Ook de betekenis van voorgebergte

kaar

ker - caerde

a. teenwilg-   b. erosie nis in bergtop veelal met sneeuw   c. korf of bak met gaten voor vis (beun) d. wolkam

kade

 

aarden waterkering van geringe afmeting- lage dijk

kagge

kaak

schandpaal

kalda

 

plaats waar het koud is

kal

cau- kol- kalde- kolde

koud

kale

 

kleine waterstroom

kalf  1

 

klein water- meertje

kalf  2

 

stuk afgezakte grond langs water

kama

 

dorp

kamer

camere

woning met één kamer door de armenzorgers gebouwd in z.g. cameren . Ook bepaald (gereserveerd) deel van het water of het land. Komt van oorspronkelijke betekenis: holle ruimte- gewelf-  gevangenis- stookplaats.- kamer met stookplaats

kameraar

 

functionaris die zorgt voor zowel financiële administratie. als voor het technisch beheer

kamerforst

sonder

gereserveerd bos

kamp

 

afgeperkt stuk grond ontstaan bij onregelmatige verkaveling in zandgebieden met houtwal omgeven nabij boerderij en in privebezit. Veelal in combinatie met familienaam. Komen veel voor in oost Brabant.

kampontginning

 

verkaveling in onregelmatige omheinde stukken langs beken e.d..op particulier initiatief, dus ongeordend

kanis

canis

vismand- korf

kanjel

 

goot resp. waterleiding

kanonikaat

prebende

functie van kanunnik, waaraan deel v.d. inkomsten uit goederen verbonden was

kant (achtervoegsel)

 

bewoning aan de rand

kanunnik

 

geestelijke met erediensttaak, verbonden aan een kapittelkerk, die in tegenstelling met een monnik geen belofte van armoede aflegt.

kapel

capelle- cappel

kleine bidgelegenheid. Vroeger vooral op het platteland

kapittel

 

college kanunniken in kloosterorde, die v.d. bisschop een bestuurstaak hadden voor een bepaald gebied of voor bepaalde goederen

kapittelproost

domproost

leider van een bepaald kapittel = college van geestelijken met beheertaak

karspel

kirspel- kerspel- keirspel

kerkdorp- parochie

karst

 

spaarzaam begroeid kalkgebied met holen en grotten door erosie en ondergrondse afwatering

kast

 

stapelplaats

kaster

 

legerplaats

kat

catte

kat (dier) . Ook oud oorlogswerptuig. Later ook gebruikt om de verdedigingstoren op vestingwal aan te duiden. Voorts ook een soort anker voor vissersboot

kat  2 (streektaal)   heks

kauja

 

kooi

kauw

cauwe

kraai (vogel)

kavel

 

oorspronkelijk door loting verkregen aaneengesloten stuk grond - kan uit meerdere percelen bestaan

kavelsloot

 

scheisloot of afwateringssloot tussen twee kavels

keeg

kaag- koog

buitendijks land

keen

kene

spleet- geul in buitendijks land- pijnboom

keern

 

viskuil

keet

 

plaats waar zout wordt gekookt en gezuiverd.  Ook een klein huisje of hut

keg

kegge- kegel- kiel

letterlijk= wig. Gebruikt als vormaanduiding voor lang dun  en scherp (spits)

keileem

 

door landijs afgezette leem grondsoort tussen klein en zand in) met keien

kel

kil - kold

koud  doelend op waterstroom. Zie kil

kelder

keller

gegraven plaats onder aarde (kel=koud)om te wonen of te bewaren.

kemenade

camen- kimmen

vuurplaats resp. huis met schoorsteen

kerk

 

verwijzend naar een kerk aldaar

kerkdorp

kerkbuurt- kerspel

apart gelegen kleinere woonplaats met eigen kerk, maar wel onderdeel zijnde van een grotere woonplaats

kerkfabriek

 

administratieve instantie binnen 'n bisdom, die inkomsten, uitgaven, onderhoud van gebouwen, nieuwbouw kerken regelde

kers

 

vrucht of kruid (sterkers). Kan ook een verbastering zijn van kersten=christen

kerspel

caspel

kerkdorp- gebied- dorp

kervel

 

kruidenplant. Gebruikt als geneesmiddel

kesel

kiesel- keisel

kiezelsteen

ketel

 

door hoogten ingesloten dal waardoor vaak een inzinking in bodem met water ontstaat

keur

core -cuere- coir

wet of verordening door landsheer of stadsbestuur. Gebruikt in politieverordening van een waterschap

kiekebelt   uitkijkheuvel

kiel

kil

rivierbedding

kien

 

in hoogveen gevonden hout resp. pijnboom

kil

kiel-kreek

natuurlijke waterloop tussen buitendijkse gronden resp. rivierbedding

klap

 

ophaalbruggetje

klaphek

 

waterafsluiting

klei

 

grondsoort met deeltjes kleiner dan 0,002 mm

kleiput

 

plas in de uiterwaarden ontstaan door aardhaling= afgraving

klep

klip

zandhoogte

klief

knijp

engte- sluisje

klif

 

helling resp. steile kust

kling

leeuw -clinge

heuvel

klinket

 

kleine deur in grotere poort

klip

clip- clippe

steile rots in zee

klip  2   harde ondoordringbare bodemlaag

klooster

munster- clooster

verwijzend naar een klooster aldaar

kloot

clot

bol- klomp kan zowel aarde als b.v. vlees betreffen. Ook bal  bij een gelijknamig spel. Ook gebruikt voor bolle verhogong in het landschap

klopje

begijn

geestelijk zuster, die celibatair leeft. Komt van klophengst= gecastreerd paard, waarvan de ballen zijn geklopt= plat geslagen

klophengst

 

scheldnaam voor celibataire monniken

klot

moer

goede zwarte turf uit de 2e laag van het afgegraven veen

kluft

clucht- cloft

deel van een buurtschap- wijk van een stad

kluis

cluse

kluizenaarshut - klein huisje

klunen   vorm van veenwinning

knechtkens

 

jongens

knijp

klief

engte – sluisje

knol

cnol

hoogte- heuveltje- klein verheven grondstuk

koebrug

 

soort steiger om koeien uit een boot  te halen

koek

coeke- couke- coke

koek. Ook voorwerp in vorm van een koek. Zo wordt een penning ook koek genoemd

koel(e)

 

kuil ontstaan door veen baggeren. Kan later met water  zijn volgelopen

koer

coere -cure

uitkijkpunt - wachttorentje

kogge

cogge

deel van een ambacht- landelijk district. Ookeen buitendijks stuk land tegen de dijk/kade gelegen

kol 1

 

paard met witte bles .Ook heks en kabeljauw vistuig

kol 2

 

kleine hoogte in oost Nederland

kolk

colc- culc

put of waterdiepte of ruimte tussen sluisdeuren.  Ook door uitspoeling ontstane waterdiepten veelal bij molens.

kom 1

comme

komvormige laagte tussen oeverwallen(langs een rivier), die soms vol komt met rivierwater met kleiafzetting. Ook een verdiept grasperk in vijvervorm

kom 2

kum

veilige haven voor schepen- kleine binnenzee. Ook gebruikt als veilige haven om te verblijven =heem - thuis.

komgrond

 

laaggelegen gebieden achter de 'overlaat', waar rivierslib bij overstroming buiten de bedding achterbleef in lus van meander.

koog

kaag- wad- schut

oude naam voor polder en daarvoor voor buitendijks land

kooi

cooye

beschuttingsplaats voor loslopend vee: schapen - eenden

kool

 

verwijst naar de groente kool. In de middeleeuwen belangrijk voedsel én bron voor olie (koolzaad)

koop

scope- schop- scoep

gekocht stuk land

koor bisschop

 

aartsdiaken = kerkelijk rechter in het kleinste district

kop

 

inhoudsmaat

koor choor verhoogd deel van een kerk bedoeld voor zangers en priester. Ligt aan de oostkant

koppel

mande- copel- cople

weiland in gemeenschappelijk eigendom (oost Nederland). Ook maat voor  waren

kortegaard

 

wachthuis (fries)

kost

coste- coest

uitgaven- verteringen- inspanningen. Ook “in de kost” voor levensonderhoud of herberg

kostverloren

 

veel moeite zonder resultaat

kot

cot

kleine boerderij

kote

koten- cote

kleine woning -schuur

kouw

 

koe

kovel mantelkap over hoofd en schouders voor monniken. Geassocieerd met begraven

kraai

 

verwijst naar de vogel. Komt veel in Brabant voor.

kraal

 

afgeperkte  ruimte met woningen. Ook gebruikt voor vee ruimte

kraankinderen

 

mensen, die bij de stadskraan werkten

krabbe

 

reeks palen in water bedoeld als dijkbescherming

krabben

crabben

rooien van aardappels (zuidnederlands). Ook de bovengrond omwoelen.

krag

kragge- heve- cragge

drijvend laagveen in diepe plassen

kreek

 

kleine inham resp. kromme geul. Ontstaan na zee overstroming

kreekrug

 

een voormalige kreekbedding die hoger is komen te liggen, door inklinking van omliggende gronden

krei

 

wortel ?

kreil

 

boord- rand resp. vlechtwerk

kreil (fries)

 

wild struikgewas

kreits

krijt

kring.  Gebied binnen haar grenzen opgesloten bv strijdperk. Ruimtelijk begrip voor een geheel b.v. ring van steden

krem

 

valk- roofvogel

krib

 

dam dwars op de rivieroever. Bedding wordt smaller- sneller stromen- geen afzetting of wegschuren vd oever- wel verdieping van bedding

krik

 

kleilaag die geen water doorlaat

krodde

 

onkruid tussen haver

kroft

krocht- krogt

akker in duinstreek resp. slecht fruit

kruimelstructuur

 

grond hangt in kruimels samen

kruin

 

vlakke bovenkant van een dijk

kruinbreedte

 

breedte van het bovenvlak van een dijk of krib

kruis

 

verwijzend naar plaats waar landstrook- water of weg elkaar kruisen. Kan ook refereren aan galg.

kuil

koele

verwijst naar diepte met water b.v. volgelopen leemkuil.. Kan ook gebruikt zijn als verwijzing naar lagergelegen gronden?

kulo (germaans)   houtskool

kum

kom

heem of thuis

kwade

kwaad

in slechte toestand zijnde van grond , water . Zoals onbegaanbaar- onvruchtbaar-  moeilijk  of onbruikbaar

kwakel

 

trapjesbrug (hoge smalle brug) resp. hooghout

kweern

 

water- of windmolen

kwel

 

water dat ondergronds stroomt t.g.v. van drukverschillen langs de rivierdijken

kweldam

 

dijk om het kwelwater te keren

kwelder

schor- gors - koog- kaag- wad

aangeslibde buitendijkse grond

kwelscherm

 

damwand van beton of staal in het dijklichaam ter bestrijding van kwel

kwelwater

 

water dat door of onder de dijk doorsijpelt

 

homepage naamsverklaring

 

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z